Het Nederlands heeft sterke, zwakke en onregelmatige werkwoorden. Die termen zeggen vooral iets over de vorm in de verleden tijd.
Spellingtip: dubbel-d in de verleden tijd
Wat is het verschil tussen ‘wij sporten’ en ‘wij sportten’? Alles over de regels voor dubbel-d en dubbel-t in de verleden tijd.
Spellingtip: de verbrede weg
Wat is juist: ‘de verbrede weg’ of ‘de verbreedde weg’? En hoe weet je hoe je dit moet schrijven?
Spellingtip: Engelse werkwoorden
Waarom schrijf je ‘geüpdatet’ en niet ‘ge-update’? Of ‘hij checkt’ en niet ‘hij checked’? Uitleg over de spelling van Engelse werkwoorden in het Nederlands.
Spellingtip: zo gebruik je ‘t kofschip!
‘t Kofschip, ‘t ex-kofschip, het sexy fokschaap, xtc-koffieshop, soft ketchup. Allemaal varianten op een bekend ezelsbruggetje in de werkwoordspelling. Of hoewel, bekend? Bij trainingen vragen mensen me nogal eens: ‘Hoe gebruik je het kofschip eigenlijk?’ Tijd voor uitleg! Hoe gebruik je ‘t kofschip? ‘t Kofschip – dat is de bekendste variant, dus die hou ik […]
Taaltip: verschil tussen stam en ik-vorm
Als het over werkwoordspelling gaat, komen al gauw de begrippen stam en ik-vorm ter sprake. Ik merk in trainingen vaak dat lang niet iedereen het verschil tussen stam en ik-vorm kent. Niet zo gek ook, zo vaak heb je ze niet nodig. Maar als je wilt leren om werkwoorden goed te spellen, is het handig […]