Welk woord zou jij als laatste invullen in de zin: Kunt u vertellen welke klachten u hebt / heeft? Je weet misschien wel dat u hebt en u heeft beide goed zijn. Maar hoe komt dat? En welke vorm kun je het beste kiezen? Daarover lees je in deze taaltip.
Geschiedenis
Hoe het komt dat beide vormen voorkomen, is eigenlijk niet helemaal duidelijk. Het voornaamwoord u was in de Middeleeuwen de variant van ghi die als lijdend en meewerkend voorwerp werd gebruikt. In de zeventiende eeuw kwam dat u steeds vaker als onderwerp voor – dus eigenlijk zoals nu veel mensen hun als onderwerp gebruiken. Daarnaast kwam in de zeventiende eeuw in de schrijftaal de aanspreekvorm Uwe Edelheit voor, die vaak werd afgekort tot U.E. (uitspraak vermoedelijk: [uwee]). Het lijkt erop dat dit langzaamaan verder verkort wel tot u, mogelijk onder invloed van het al bestaande u als lijdend voorwerp. Pas vanaf de negentiende eeuw komt u als onderwerp ook met de derde persoon enkelvoud voor, zoals u heeft en u is. Dat u is is inmiddels alweer helemaal verdwenen, maar u heeft niet. Tegenwoordig zijn dus echt beide vormen juist.
Welke vorm kiezen?
Het lijkt erop dat u heeft wat gewoner is, maar u hebt is regelmatiger – u is nu immers de beleefdheidsvorm van jij en je zegt ook jij hebt. Zelf heb ik me bij Onze Taal aangewend om altijd u hebt te gebruiken, maar dat is meer gewoonte dan iets anders. Er is geen verschil in hoe formeel of informeel een van de vormen is. Wat ik wél aanraad, is om in elk geval binnen één tekst (maar liefst in al je teksten) één keuze te maken, en die consequent te gebruiken. Of gebruik jij – dan vermijd je het hele probleem!
Meer leren over taal?
Wil je meer leren over dit soort keuzes? Kijk bijvoorbeeld een naar mijn cursus Zakelijk Nederlands of naar een maatwerktraject.